laatst gewijzigd: 02/04/2004

Vakcode: mt724
Vaknaam: Financiering van schepen

Het betreft een werkcollege
ECTS studiepunten:
3

Faculteit der Werktuigbouwkunde en Maritieme Techniek
Docent(en): Nienhuis, dr.ir. U. Tel.: 015-27 85306
Trefwoorden:
Kostprijs- en exploitatieberekeningen, begrotingssystemen, marketing, prijsvorming, kosten en tarieven, rentabiliteitsberekeningen, financiering, wisselkoersen, interne en externe bedrijfsfactoren voor reders en werven.
Cursusjaar: MSc 1e jaar
Periode: 2A
Coll.uren p/w: 4
Andere uren: -
Toetsvorm:
Scriptie, presentatie, verslaglegging en schriftelijk tentamen
Tentamenperiode: -
(zie jaarindeling)
Voorkennis:
Wordt vervolgd door:
Uitgebreide beschrijving van het onderwerp:

Opzet en werkwijze:
De deelnemers bestuderen zelfstandig, aan de hand van de door hen verzamelde literatuur, een onderwerp, schrijven daarover een scriptie en houden een presentatie. Ze zijn aanwezig bij alle voordrachten en nemen deel aan de colleges die onder meer verzorgd worden door vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven zoals werven, reders en banken.

Deelname en voorkennis:
Deelname staat open voor studenten Maritieme Techniek aan de TU-Delft die de propadeuse hebben behaald en het D1 vrijwel hebben afgerond en voor derde en vierde jaars studenten scheepsbouwkunde van de HTS-en Haarlem en Rotterdam. Dat wil zeggen dat de student beschikt over kennis van schepen, over scheepstypen, het ontwerp en de bouw. Enige kennis van (bedrijfs-)economie is aan te bevelen.

Tentamen en beoordeling:
De beoordeling wordt gemaakt aan de hand van:

  • de deelname aan de colleges
  • de verslaglegging van de voordrachten uit het bedrijfsleven
  • de scriptie en de voordracht met een daarbij behorend literatuur overzicht
  • de (schriftelijke) uitwerking van enkele case-studies (schriftelijk tentamen)

Het eindcijfer berust op een combinatie van de beoordelingen.

Tijdstip:
De werkcolleges vinden plaats op 6 opeenvolgende woensdagmiddagen in het vierde quintaal.

Opdracht voor een project:
Elke deelnemer werkt een project uit en bereidt daarover een presentatie voor. Het project betreft een onderwerp dat tijdens de eerste bijeenkomst wordt vastgesteld. De student werkt het project zelfstandig uit en levert daarvan op de dag van de voordracht een schriftelijk verslag van ca. 6 getypte pagina’s (A4) in.

Het verslag
Het verslag bevat tenminste korte samenvattingen van de bestudeerde literatuur, een uitwerking van het onderwerp bestaande uit het formuleren van het doel van het project (wat wordt beoogd), de methode van werken, een analyse van de verzamelde informatie (theorie en praktijk), een evaluatie (aan de hand van uit de literatuur verzamelde criteria) en een kritische beschouwing.

De presentatie
De presentatie behandeld de hoofdzaken van het project d.w.z. een kort overzicht van de literatuur, doel, analyse en evaluatie.

Kenmerken van het project-college:
Het project wordt gekenmerkt door het zelfstandig zoeken naar literatuur en informatie, het bestuderen ervan en het ontplooien van de nodige initiatieven om de informatie buiten de TU Delft, bijvoorbeeld bij bedrijven te verkrijgen.

Onderwerpen voor de opdrachten:
Kostprijs- en exploitatieberekeningen. Begrotingssystemen. De risico’s van bouwers en reders. Marketing, prijsvorming. De bepaling van kosten en tarieven. Berekeningen van de rentabiliteit van een project of investering (methoden voor de afweging van opbrengsten en kosten bijvoorbeeld afschrijvingen, rentelasten, etc.) Financiering, wisselkoersen en valuta, de rol van de dollar als rekeneenheid etc. Interne en externe bedrijfsfactoren van reders en werven.

Inhoud van het college:
Factoren die de kostprijs van een werf bepalen:
De banken. De voor- en nafinanciering van een schip. De invloed van de materialen, lonen, (arbeidskosten) overhead. Wat is een tarief? Welke factoren bepalen de hoogte van een tarief? Vaste en variabele kosten. Waar zit de kennis van een werf? Hoe kan de werf de (kost)prijs beïnvloeden, welke factoren beïnvloeden kostprijs, levertijd en kwaliteit van een schip en waarom (externe en interne bedrijfsfactoren)?

Aspecten van financiering van een schip voor de werf:
Vermogensverschaffers. Bronnen van financiering. Subsidies. Criteria voor financiering. Cash-flow. Rendementsnormen. Risico’s. Fiscaliteit. Garanties. Subsidies. Wisselkoersen en valuta. Het belang van eigen vermogen bij financiering. Eigen en vreemd vermogen.

Factoren die de exploitatie van een schip bepalen:
De financiering van een schip. Kostprijsfactoren. De (kost)prijs van schepen, bemanningskosten, brandstofkosten, overige kosten etc. Vaste en variabele kosten. Opbrengsten. Factoren die de vrachtenmarkt beïnvloeden. Registratie (vlag) en invloed daarvan. Welke partijen opereren in de markt en hoe? Waar zit de kennis van de reder? Hoe kan de reder de (kost)prijs beïnvloeden, welke factoren bepalen de kostprijs, (lever)tijd en kwaliteit van het transport en waarom? Externe en interne bedrijfsfactoren. Risico’s.

Aspecten van financiering van een schip voor een reder:
Vermogensverschaffers. Bronnen van financiering. Subsidies. Criteria voor financiering. Cash-flow. Rendementsnormen. Risico’s. Fiscaliteit. Garanties. Wisselkoersen en valuta. Het belang van eigen en vreemd vermogen bij financiering.

Deelname:
Gezien de opzet is de deelname aan het college aan een maximum en minimum aantal deelnemers gebonden. De volgorde van inschrijving is bepalend.

Maximum deelname 15 studenten. Bij minder dan 8 inschrijvingen vindt het college geen doorgang.

College materiaal:

Bronnen:

  • Bronnen als accountants en banken bijv.: KPMG, Moret, Ernst & Young, NIB, enz.
  • Shipping desks bij de banken.
  • Scheepshypotheekbanken.
  • Onderzoeksinstituten.
  • Werkgeversorganisaties bijv.: NEI, VNSI, KVNR.
Referenties vanuit de literatuur:
  • Algemene literatuur over financiering (begrippen en terminologie) en methoden voor het beoordelen van investeringen.
  • Specifieke publicaties over scheepsfinanciering.
  • Boeken van Peter Stokes en Sloggett.
  • Rapporten van Van Holst & Koppies over de scheepsbouw.
  • UNAS (UNiforme Administratie in de Scheepsbouw).
Opmerkingen (specifieke informatie over tentaminering, toelatingseisen, etc.):
Doel:
Het doel is de studenten inzicht te geven in de rol die de financiering van schepen heeft bij het verkrijgen van opdrachten voor de werf en de exploitatie van schepen door de reder, het belang en de wijze van de financiering van schepen, de invloed van de financiering op respectievelijk de bouwkosten en de exploitatie, en de daarbij voorkomende problemen, beperkingen en risico’s
Computer gebruik:
Practicum:
Ontwerp component:
Percentage ontwerponderwijs: