Scheeps- & Offshoreconstructie |
Hoogleraar: vacature
Het construeren is sinds de komst van 'open' schepen, Ro-Ro-schepen en offshore-constructies een van de belangrijkste vakgebieden van de maritiem ingenieur geworden. De betrokken ingenieurs op scheepswerven en ontwerpbureaus hebben tesamen met de klassebureaus de verantwoordelijkheid ten aanzien van de vorm, de materiaalkeuze, de produktietechniek en het dimensioneren van de verbanddelen. Een belangrijke complicatie hierbij is dat in gelaste constructies de breukveiligheid niet uitsluitend te maken heeft met de berekende spanningen.
Een constructeur moet een schaap met 5 poten zijn. Betrekkelijk nieuwe wetenschappen als eindige elementenberekeningen en breukmechanica horen net zo goed thuis in zijn studiepakket als kennis van de achteruitgang van materiaalkwaliteit tengevolge van lassen en snijden of het bestrijden van trillings- en geluidshinder.
Door de hierboven geschetste situatie is er een duidelijke behoefte aan all-round sterktedeskundigen. Op het ogenblik liggen de plaatsingsmogelijkheden ongeveer in overeenstemming met de volgorde in onderstaande rij:
Binnen de groep zijn verschillende specialismen aanwezig die tot uiting komen in het wetenschappelijk onderzoek dat in het Laboratorium voor Scheepsconstructies wordt verricht.
De sectie richt zich vooral op de invloed van de fabricage, de vorm en het materiaal van een constructie op het gedrag onder wisselende belastingen (vermoeiing) en bij lage temperatuur (brosse breuk). Tevens wordt aandacht besteed aan plastisch bezwijken onder druk.
De sectie houdt zich ook bezig
met het beheersen van trillingen en lawaai, opgewekt door de schroef, de motoren, de
pompen, de ventilatiesystemen, golven, enz. Behandeld worden de trillingen van zowel het
gehele schip als van onderdelen ervan.
Aandacht wordt besteed aan praktische en aan fundamentele behandeling van
trillingsproblemen. Daar trillingen en geluid in elkaar overgaan worden ook de problemen
van het produceren, het doorleiden en het verzwakken van het lawaai van bron naar
ontvanger bekeken. Beide secties hebben uiteraard grote belangstelling voor de
problematiek van de belastingen in zeegang.
Er is alle gelegenheid om bij het 4e jaars cursus- en afstudeerwerk ingeschakeld te worden bij het onderzoek in het laboratorium.
Andere mogelijkheden zijn meewerken aan projecten in de praktijk.
Plaatsingsmogelijkheden voor de scheepsbouwkundig ingenieur
Vakkenpakket
De afstudeerrichting kent geen verplichte keuzevakken. In overleg tussen de afstudeerder en de afstudeerdocent wordt een pakket samengesteld uit het brede scala dat de universiteit te bieden heeft. Daarbij wordt rekening gehouden met wensen en verwachtingen van de afstudeerder, o.a. ten aanzien van de latere werkkring en, indien mogelijk, de afstudeeropdracht. Niettemin moet het vakkenpakket aan enkele wensen vanuit de sectie voldoen. Het ligt voor de hand dat in het pakket de door de sectie verzorgde keuzevakken zullen worden opgenomen. Daarnaast is het vak mt514 Bewegingen en Sturen 2 vrijwel onmisbaar vanwege het daar geleerde over hydrodynamische belastingen op het schip. Voor hen die in trillingen en geluid geïnteresseerd zijn worden vakken als mt212 en mt213 (Werktuigkunde 3 en 4 o.a. over asdynamica en geluidsisolatie van de motor) en mt515 (weerstand en Voortstuwing 2 vanwege cavitatie) sterk geadviseerd. Daarnaast zullen er zowel meer praktische vakken (als bijvoorbeeld aangaande het lassen) als theoretische vakken (technische mechanica, wiskunde, probabilistiek) nodig zijn. Het zwaartepunt zal hierbij sterk van de wensen en mogelijkheden van de afstudeerder afhangen. Aanbevolen wordt bij deze keuze vakken uit verschillende studierichtingen te kiezen (werktuigbouwkunde, civiele techniek, lucht en ruimtevaart, materiaalkunde, wiskunde). Enkele maatschappijvakken completeren de lijst. Een enkel vak zou bij een andere universiteit of in het buitenland gevolgd kunnen worden.
Voorbeelden van mogelijke vakken:
Maritieme Techniek
Vakcode | Vaknaam | College-uren |
Stp. |
mt212 | Maritieme werktuigkunde 3 | 0/4/0/0 |
2 |
mt213 d1 | Maritieme werktuigkunde 4 | 0/0/0/2 |
1 |
mt213 d2 | Simulatieoefening MW4 |
0/0/x/x |
1,5 |
mt411 | Offshore 2 | 0/0/4/0 |
2 |
mt514 | Bewegingen en sturen 2 | 0/0/0/4 |
2 |
mt515 | Weerstand en voortstuwing 2 | 0/0/4/0 |
2 |
mt814 | Scheepstrillingen en geluid | 4/0/0/0 |
2 |
mt815 | Constructie en sterkte bijzondere onderwerpen | 0/0/0/3 |
1,5 |
mt816 | Composietmaterialen in de scheepsbouw | 0/2/0/0 |
1 |
mt817 | Toepassingen eindige elementenmethode | 0/0/4/0 |
1 |
Werktuigbouwkunde
Vakcode | Vaknaam | College-uren |
Stp. |
wb1309 | Stijfheid en sterkte 3 | 0/0/0/4 |
2 |
wb1310 | Multibody dynamics A | 0/0/0/4 |
2 |
wb1402A | Platen en schalen A | 2/4/0/0 |
3 |
wb1405A | Knik | 0/0/4/2 |
2 |
wb1405B | Na-knikgedrag | 0/0/2/2 |
2 |
wb1406 | Experimentele mechanica | 0/0/2/2 |
2 |
wb1409 | Elasticiteitstheorie | 2/2/0/0 |
2 |
wb1412 | Niet-lineaire trillingen | 0/0/2/2 |
2 |
wb1430A | Inl. vezelversterkte kunststoffen | 2/2/0/0 |
2 |
wb1432 | Mechanica van vezelversterkte kunststoffen | 2/2/0/0 |
3 |